Onderbuik verdringt onderbouwing
- irisweerdenburg4
- Apr 13
- 2 min read
Updated: May 16
We leven in een tijd waarin democratische waarden wereldwijd onder druk staan. Dat geldt niet alleen voor landen als Hongarije en Turkije; ook dichter bij huis zien we dit gebeuren. Als public affairs-adviseur merk ik bijvoorbeeld steeds vaker dat onderzoek en wetenschap niet langer vanzelfsprekend serieus worden genomen. Oud-onderwijsminister Dijkgraaf spreekt zelfs van een “kloof tussen wetenschap en maatschappij”. Maar als feiten ter discussie staan, waarop baseren we dan nog ons beleid?
Neem het voorstel van DENK-Kamerlid Stephan van Baarle, dat onlangs door een Kamermeerderheid werd weggestemd. Hij vroeg om een debat over het Nationaal onderzoek moslimdiscriminatie van de Universiteit Utrecht, dat in opdracht van het ministerie van SZW en op initiatief van de Tweede Kamer is uitgevoerd. De conclusies zijn helder: moslims worden structureel achtergesteld in het onderwijs, op de arbeidsmarkt, in de woningmarkt en de zorg. Onderzoekers waarschuwen dat jongeren hierdoor hun binding met de samenleving kunnen verliezen. Maar het voorstel voor debat werd afgeserveerd. De PVV noemde het een “flutonderzoek” en stelde dat “zijn zoon in havo 2 er een onvoldoende voor had gekregen.” Maar ook BBB, CDA en NSC uitten stevige kritiek op het onderzoek. Met alleen steun van GL-PvdA, D66, Volt, SP en PvdD komt er geen debat. Opvallend, zeker omdat het onderzoek op initiatief van de Kamer zelf is uitgevoerd.
Eenzelfde afwijzing van feitelijke onderbouwing zagen we in februari tijdens het debat over het verbod op conversiehandelingen. D66, VVD, GL-PvdA, SP en PvdD dienden een wetsvoorstel in om het dwingen tot het veranderen van seksuele geaardheid of genderidentiteit strafbaar te stellen. We hebben het hier over praktijken als gebedsgenezing en duivelsuitdrijving. Verschillende beroepsverenigingen spraken – vanuit hun kennis en expertise – steun uit voor het verbod. Zo stelt de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) dat dergelijke praktijken niet werken en vaak leiden tot ernstige psychische klachten, zoals depressie en suïcidaliteit. Het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) noemt ze niet alleen onethisch, maar stelt dat ze de wetenschappelijke consensus ondermijnen. Tijdens het debat onderstreepte D66-Kamerlid Joost Sneller, letterlijk met de brieven in zijn hand, nog eens dat het hier niet zomaar gaat om de eerste de beste mening, maar om de officiële standpunten van twee gerenommeerde beroepsverenigingen. Helaas zonder gehoor: de Kamer lijkt zich tegen het voorstel te keren.
Voor mij draait het public affairs-vak om het aanreiken van kennis aan beleidsmakers – van wetenschappelijk onderzoek tot inzichten van professionals en signalen uit de samenleving. Het is aan hen om daar vervolgens een eigen afweging in te maken. Maar die keuzes moeten wel gestoeld zijn op feiten, niet op onderbuikgevoel of de drang om te scoren bij kiezers.
Want een democratie werkt alleen als we kunnen verschillen van mening, maar het eens zijn over de onderliggende feiten. En als die fundamenten wankelen, valt er weinig meer op te bouwen.


Comments